Draagmethode

Bovenhandse draagmethode

(te gebruiken bij het serveren van gerechten)

  1. Het eerste bord heb je vast tussen duim en wijsvinger van je linkerhand. Je pink steekt buiten het eerste bord uit.
  2. Het tweede bord plaats je op de muis, pink en onderarm. Door deze drie rustpunten staat het bord stevig.

Onderhandse draagmethode met 3 borden

(alleen te gebruiken bij het débarrasseren)

  1. Het eerste bord heb je vast tussen duim en wijsvinger van je linkerhand. 
  2. Het tweede bord wordt onder het eerste geschoven, tegen je wijsvinger aan. 
  3. Dit bord wordt gedragen door je middelvinger, ringvinger en pink. Zorg dat beide borden horizontaal staan.
  4. Geef een klein knikje met je pols. Hierdoor komt het tweede bord gelijk te liggen aan je onderarm. 
  5. Het derde bord wordt geplaatst op het tweede en op je onderarm. Door beide rustpunten staat het stevig.

                    o  Bord 1: verzamelbord voor het bestek
                    o  Bord 2: verzamelbord voor het ‘vuil’ (resterende
                                    etensresten)
                    o  Bord 3: stapelbord. Overig serviesgoed kun je hierop
                                    plaatsen. 
 Let op dat je niet teveel stapelt.